Europeanen zijn bezorgder over hun privacy en security in vergelijking met andere werelddelen. Zo zegt ruim 62 procent zich zorgen te maken over zijn/haar privacy in het Internet of Things-tijdperk, vergeleken met 49 procent in Japan en 44 procent in de Verenigde Staten. Bijna de helft van de Europeanen (49%) geeft daarnaast aan dat deze bezorgdheid de afgelopen vijf jaar is toegenomen. Ondanks de zorgen rondom privacy zijn zij minder geneigd hun gedrag hierop aan te passen en zegt zelfs 1 op de 2 bereid te zijn persoonlijke informatie te verkopen. Dat blijkt uit onderzoek van het Ponemon Institute in opdracht van Trend Micro, specialist op het gebied van beveiligingssoftware.
Belangrijkste reden voor die bezorgdheid is de toename in het gebruik van mobiele apparaten als smartphones en tablets (66 procent). Ook het feit dat meer dan de helft (56 procent) al eens slachtoffer is geworden van een datalek zorgt voor meer angst. Voor 42 procent van de Europeanen wegen de voordelen van het Internet of Things dan ook niet op tegen de zorgen die zij hebben over hun privacy of veiligheid.
Onzekerheid en het gebrek aan controle over hoe persoonlijke informatie wordt verzameld, gedeeld en opgeslagen, houdt consumenten tegen smart devices te gebruiken. Meer dan driekwart (77 procent) van de ondervraagden is van mening weinig controle te hebben over persoonlijke informatie. Ook is men nauwelijks bewust van alle gevoelige data die wordt verzameld. Zo geloven respondenten dat hun meest gevoelige informatie, zoals betaalinformatie (3 procent), geboortedatum (10 procent), school/werkgever (18 procent) en gezondheidsgegevens (21 procent) zelden wordt verzameld of gebruikt door bedrijven. Europeanen zijn dan ook meer bezorgd over de beveiliging van hun persoonlijke informatie dan over hun privacy.
Meer informatie van fabrikanten over welke data zij verzamelen, is dan ook gewenst (69 procent), maar ook wil bijna 70 procent een compensatie ontvangen bij verlies of diefstal van informatie. Toch begrijpt de helft van de respondenten wel dat persoonlijke data waardevol is voor organisaties. Voor werkgevers is persoonlijke informatie van werknemers echter verboden terrein. Ruim 70 procent is van mening dat werkgevers geen recht hebben op toegang tot persoonlijke informatie op een smart device van een werknemer, als deze wordt gebruikt op het werk of verbinding maakt met het netwerk van de werkgever.
Hoewel er bezorgdheid heerst over beveiliging en privacy rondom persoonlijke gegevens is 1 op de 2 ondervraagden wel bereid dit te delen met een betrouwbare partij, in ruil voor geld. Wachtwoorden zijn daarbij het duurst, respondenten zouden deze voor 74 euro verkopen, gevolgd door informatie over hun gezondheid (31 euro) en betaalgegevens zoals creditcards (19 euro).
“De resultaten van het onderzoek laten zien dat, hoewel consumenten bezorgd lijken te zijn over hun privacy en veiligheid, zij niet volledig lijken te begrijpen welke rol zij hierin spelen”, zegt Raimund Genes, CTO van Trend Micro. “De meerderheid van de ondervraagden zegt privacy-gevoelig te zijn, maar niet bereid zijn of haar gedrag hierop aan te passen, zelfs niet wanneer ze het slachtoffer zijn geworden van een datalek. Mogelijk komt dit door het gebrek aan controle die zij ervaren of een gebrek aan bewustzijn.”
Lees hier het volledige onderzoeksrapport.