De NEN vraagt op haar website wie er werkt aan ‘personal care robots’, ook wel zorgrobots genoemd? Of wie wil de mensen leren kennen die er mee bezig zijn? Dan is het meedenken aan normen voor deze robots een goed idee.
NEN is bezig met het organiseren van een bijeenkomst over de norm ISO 13482: Safety of Personal Care Robots, een norm die wordt verder ontwikkeld door de werkgroep ISO TC 299 WG2. Tijdens deze bijeenkomst wordt er meer informatie gegeven aan de nieuwe ISO TC 299 en de bijbehorende werkgroepen. De sprekers zijn Nederlandse experts op het gebied van robotica. Uiteraard zal de informatie over de normen, welke werkzaamheden daar bij horen, en wat het ontwikkelen van een norm betekent, niet ontbreken. Iedereen die hierin geïnteresseerd is roept de NEN op om zich voor deze bijeenkomst aan te melden.
Het is vaak de techniek die voorop loopt op de normen, maar in het geval van de zorgrobots is dat wellicht andersom. Dat is een bewuste keuze, want wie werkt aan een zorgrobot, kan wel wat richtlijnen gebruiken om de apparaten in ieder geval veilig te maken. Tenslotte bewegen deze robots zich tussen soms kwetsbare mensen als kinderen en ouderen, en juist deze mensen moeten zich in de buurt van deze robots veilig kunnen voelen. Daarbij zou een ongeval gelijk voor veel media-aandacht zorgen, wat de ontwikkeling van deze sector negatief kan beïnvloeden. Maar de normen hebben nog meer voordelen, zo helpen ze bijvoorbeeld bij het inzichtelijk maken van de aansprakelijkheden voor de fabrikant.
Op internationaal niveau is bij ISO op 1 januari van dit jaar de zelfstandige technische commissie ISO TC299 – Robots and robotic devices van start gegaan (voorheen ISO TC184/SC2). Deze technische commissie kreeg zes werkgroepen: Vocabulary and characteristics, Personal care robot safety, Industrial safety, Service robots, Medical robot safety en Modularity for Service Robots.
Het is wel duidelijk dat het werk momenteel met name is gericht op het ontwikkelen van veiligheidsnormen voor industriële robottoepassingen en de zorgrobots. Mensen die werkzaam zijn bij fabrikanten, zorginstellingen, onderzoeksinstituten, en overheden helpen mee met het ontwikkelen van de normen, en de NEN ziet er op die manier op toe dat hun belangen in dat proces ook worden behartigd.
Om ontwikkelaars te helpen de norm toe te passen, worden nog twee documenten voorbereid. Een ‘Application Guide’ waarin voorbeelden van zorgrobots worden getoetst volgens de norm, en een risico-inventarisatie die wordt uitgevoerd conform NEN-EN-ISO 12100. In het tweede document worden richtlijnen gegeven voor uit te voeren testen. Voorbeelden van robots die in deze documenten behandeld worden zijn exoskeletons om mensen te ondersteunen bij zware werkzaamheden of minder mobiele mensen weer mobiel te maken, robots die ouderen met bijvoorbeeld dementie door hun verzorgingshuis begeleiden, maar ook automatische voertuigen die zonder bestuurder door een Franse stad rijden. Specifiek voor industriële robots zijn er twee normen ontwikkeld; NEN-EN-ISO 10218-1:2011 en NEN-EN-ISO 10218-2:2011. Veiligheidseisen voor persoonlijke servicerobots zijn opgenomen in NEN-EN-ISO 13482:2014. Het plan is om nieuwe normen te ontwikkelen voor service robots.
Bron: NEN