Smart industry: wat moet je ermee als ondernemer in de maakindustrie die vooral bezig is met de orders van deze week op tijd af te krijgen? Moet je nu je data in de cloud gaan bewaren? Big data analyses toepassen? Of betekent smart industry méér dan een vergaande integratie van ICT tools in je onderneming?
Sinds Duitsland het thema Industrie 4.0 bovenaan de industriële agenda heeft gezet, is het begrip bij onze Oosterburen bijna een hype geworden. Nederland gooit het over de boeg van smart industry, een onderwerp dat ook op ESEF en TechniShow veel aandacht krijgt, als het beurs duo voor de maakindustrie half maart zo’n 800-900 bedrijven samenbrengt in Utrecht.
Het onderwerp staat echter nog niet breed op de agenda van de maakbedrijven, meent Rob van der Werff, adviseur bij Koninklijke Metaalunie. “De definitie is voor veel bedrijven lastig. Zaken die al liepen, worden nu onder één noemer gebundeld. Maar ik zie in onze sector nog weinig bedrijven die ermee bezig zijn.” Hij wijt dat aan de schaalgrootte. Wanneer je als machinebouwer honderden machines in de markt hebt staan, loont het om via big data analyse meer te weten te komen over de inzet, de conditie, storingen et cetera. “Voor fabrikanten die grote series maken is dat prima. Bij onze leden zijn de aantallen te klein.” Toch probeert de Metaalunie via projecten het thema wel bij de leden “tussen de oren” te krijgen, want het is zeker een onderwerp dat ook voor het industrieel mkb van belang is.
Smart industry kent veel aspecten. Als een rode draad loopt het begrip ‘connected world’ overal doorheen. Systemen, machines, bedrijven die via het internet met elkaar zijn verbonden. “Binnen ons bedrijf hebben we alles al aan elkaar gekoppeld, nu zijn we bezig deze koppelingen door te trekken naar onze klanten”, zegt Willy Janssen, salesmanager bij ITEQ Industries, een van de exposanten op ESEF 2016.
De Nederlandse system supplier heeft niet alleen de fysieke productie geautomatiseerd, door onder andere te investeren in een kantbank met gereedschapwisselaar zodat automatisch binnen enkele minuten de machine op een ander product is omgesteld. Ook de datastroom door het bedrijf is geautomatiseerd. Als een offerte een project wordt, krijgt de werkvoorbereiding automatisch de data die al beschikbaar is voor het maken van programma’s. Op de vloer wordt zoveel mogelijk papierloos gewerkt; de productieplanning verloopt vanuit het ERP-systeem.
“Hierdoor kunnen we efficiënt kleine series maken, zijn we flexibel en kunnen we snel reageren op de markt”, vat Willy Janssen de voordelen samen. Het resultaat is korte doorlooptijden en een zeer hoge leverbetrouwbaarheid. “Als je planning klopt, is de kwaliteit goed en neemt je leverperformance toe omdat er rust in het bedrijf is.” De ITEQ Industries salesmanager bestempelt deze rust als misschien wel het belangrijkste voordeel van werken volgens de visie van smart industry.
Met deze koppelingen door de hele keten, kunnen kosten worden bespaard, zegt Menko Eisma van Trumpf Nederland. Door systemen te verbinden, ontstaat transparantie, worden processen samengevoegd en worden overbodige handelingen geëlimineerd. “Daardoor kunnen we kleine series en enkelstuks maken tegen een prijs van grote series. Dat is de essentie van smart industry.”
Hij denkt dat de maakindustrie hierin de komende jaren nog veel verder zal gaan dan nu het geval is. Door partijen in de keten met elkaar te verbinden, kan beschikbare capaciteit efficiënter worden benut. Binnen nu en vijf jaar ziet Trumpf veel gebeuren op dit vlak. “Je ziet al plaatwerkbedrijven die anders met hun werkvoorbereiding omgaan. Die kennis zal veel meer in externe systemen terecht komen. Als je de informatie van de klant laat aansluiten op jouw systemen, kun je jouw expertise inzetten om het product zo aan te passen dat het voor de klant en voor jezelf meer oplevert.”
Daardoor gaat de verhouding direct-indirect personeel weer terug naar 80-20, zoals het jaren was. “Nu zie je vaak 35% van de bezetting in de werkvoorbereiding, dat is teveel. Door de vele kleine series wordt er teveel gecalculeerd.”
Voor eenvoudige plaatdelen is het automatiseren van de werkvoorbereiding goed mogelijk, zegt Willy Janssen van ITEQ Industries. De 3D file van de klant is voldoende voor het genereren van offertes en programma’s voor lasersnijmachines en kantbanken. “Maar dat is niet het werk dat wij doen.” Bij ITEQ Industries gebeurt het maken van offertes nog steeds voor een belangrijk deel handmatig, omdat het complexe samenstellingen zijn, met moeilijk kantwerk, dikwijls nog verspaning, inkoop delenlaswerk, assemblage en ook nog lakken. “Daar zullen we slimme oplossingen voor moeten bedenken om die stap sneller te zetten.”
Een bedrijf dat volop bezig is smart industry concepten te vertalen naar praktische oplossingen voor complexe handelingen, is Valk Welding, een van de exposanten op TechniShow 2016. De Nederlandse system integrator heeft een smart industry lascel ontwikkeld, die op basis van data uit het ERP-systeem en de 3D CAD data van het product automatisch het programma voor de lasrobot genereert, inclusief de lasparameters en zelfs de hoek waaronder de robot de lastoorts moet positioneren.
Gebruikers kunnen hier hun eigen expertise en lasstrategie in integreren. Remco Valk: “Mass customization met seriegrootte 1, die volledig onbemand wordt geproduceerd, wordt hiermee gerealiseerd.” One piece flow productie. De lasrobot wisselt zelf de mallen voor een volgend product.
Smart industry behelst echter meer dan alleen ICT. “Het gaat ook over samenwerken”, meent Edwin Dekker van NEVAT, de vereniging van system suppliers. “Onder aan de streep komt het er op neer dat we in een globale wereld leven. Door de komst van het internet kan een concurrent uit Brazilië morgen jouw tegenstrever zijn. Dus moet je wat slimmers bedenken.” Dat kan samenwerken zijn, maar het kan ook betekenen slimmer werken, om zo je klanten beter te bedienen.
ITEQ Industries heeft begin 2015 de project- en prototype activiteiten in de dochteronderneming ITEQ Engineering ondergebracht. De engineers beschikken over eigen machines om hun prototypes te maken. “Hiermee zorgen we voor rust in de fabriek en de juiste aandacht voor prototypes en projecten, want dat is heel andere business”, zegt Willy Janssen. Ook dit draagt bij aan de kortere doorlooptijd. Een idee tot een compleet eindproduct is binnen een zeer kort tijdsbestek gerealiseerd.
Willy Janssen merkt echter nog een ander effect: de kennisoverdracht vanuit de engineering afdeling naar de productie verloopt beter. “We zagen dat de brug van engineering naar productie vaak niet goed was, omdat het lastig is kennis over te dragen op basis van een 3D file. Als de engineers hun prototype al gebouwd hebben, kunnen ze die kennis beter overdragen.”
Gaat het op de ESEF erom hoe bedrijven kosten en doorlooptijden verlagen door vanuit een smart industry visie te werken, op de TechniShow 2016 tonen exposanten hoe ze hun machines en installaties smart industry proof maken.
Smart industry heeft echter ook voor hun eigen businessmodel ingrijpende gevolgen, ziet Menko Eisma van Trumpf. Voor Trumpf betekent dit een verandering van machines verkopen naar processen leveren en ondersteunen. “Wij moeten de betrouwbaarheid van de machine garanderen. Maar het belangrijkste wordt de software en de interfaces en de ondersteuning van onze klanten om hun processen te optimaliseren.”
Hij verwacht in de toekomst eveneens andere verdienmodellen, waarbij bedrijven hun machines per gebruikt uur afrekenen met de fabrikant, net zoals de leaseauto. “Op basis van het verwachte aantal productie-uren maak je dan afspraken.” Een effect van smart industry is echter ook dat de machinebouwer niet meer alles zelf kan ontwikkelen.
Trumpf heeft daarom een apart bedrijf opgericht, Axoom, een open bedrijf dat bewust samenwerking zoekt met derden. Axoom gaat de tools ontwikkelen voor smart industry. Menko Eisma: “Vroeger dachten we alles te moeten beschermen en voor onszelf te houden. Dat gold voor software maar ook voor de machines zelf. Vooral geen kennis buiten het bedrijf laten komen. Dat is nu anders. Ik zie dat we veel opener zijn. Met onze software gaan we ook andere machines dan die van Trumpf bedienen. Maar ook omgekeerd.”
Kennis delen is volgens hem het recept waarmee Nederland de maakindustrie kan behouden. Nederland heeft daarbij een streepje voor op andere landen, meent de Trumpf-directeur. “Transparantie zit in onze cultuur.”
Smart industry is een van de thema’s waar zowel ESEF 2016 als Techni-Show 2016 aandacht aan besteden via onder meer ontbijt- en lunchsessies. Het beurs duo voor de maakindustrie omvat zo’n 800-900 exposanten die hun machines, gereedschappen, diensten en producten tonen van 15 tot en met 18 maart in de Jaarbeurs Utrecht. www.esef.nl, www.technishow.nl
TechniShow, in al haar uitingen (magazine, portal, beurs), is het merk van branchevereniging Federatie Productie Technologie FPT-VIMAG, hét platform voor de productietechnologie. Meer informatie over FPT-VIMAG en de toegevoegde waarde van het lidmaatschap vindt u op www.fpt-vimag.nl.